donderdag 9 april 2009

CHERI



Golly Gee! Wat houdt de camera toch van Michelle Pfeiffer! In “Chéri” bezoeken we haar als een dame op leeftijd, betasten we haar kraaienpootjes, dartelen we, curieuzeneuzen die we zijn, onbeschaamd rond in haar levenstrieste ogen, besnuffelen haar weke huid. En zag ze er ooit ravissanter uit? Wie riep daar ja? Eruit, onbeschaamde vlegel. Eruit! Geen plaats voor uw gehaaide muiterij op deze boot. Dit schip bevaart nog steeds de wateren van deugd en schoonheid, kornuit. Als het verderf en ontucht is dat u zoekt - get your own boat! Maar we dwalen.

Even kort geschetst: Parijs. Belle Epoque. Wereld van gepensioneerde courtisanes. Van losbandigheid en exces. Waar Nounoune, de liefde afgezworen als voor zwakzinnigen, toch halsoverkop valt voor de decennia jongere Chéri. En vice versa.

Kort nietwaar? Geeft u al meteen een voorsmaakje van de film zelf. Met amper 100 minuten, staat “Chéri” dan ook in goede vorm. Geen vet. Enkel spier. Dat danken we natuurlijk hoofdzakelijk aan scenarist Christoffer Hampton, my new best friend na zijn bewerking van Ian McEwan’s Atonement, en, check de resumé, uitzonderlijk gespecialiseerd in het interbellum. Valt ook meteen op: zijn wereldwijze dialogen (“Such beautiful handles for an old vase,” dixit Nounoune als ze haar armen lieflijk streelt) en, maar die eer schrijven we dan weer beter toe aan regisseur extraordinaire Stephen Frears, de kleuren! En mijn god, wat voor een kleuren. Het is sinds lang geleden dat een film er nog zo ongelofelijk smakelijk uitzag.  In de wereld van Chéri proeft blauw als bosbessentaart, ruikt groen als zwarte populieren in bloei en als we ons hoofdje tegen het dieprood aanleggen, kittelt het koude satijnen linnen onze wang.

Maarrr... toch even de lofzang afbreken voor ik het in m’n broek doe van euforie: Waarom kreeg ik het warm noch koud toen Mich-Mich haar Goth lover avant la lettre aan de deur zette? Waar was het hartje toen ik me vergaapte aan de visuele praal? Tijdens dat indrukwekkende laatste shot? Wanneer Nounoune’s opgeruimde toon ongemerkt plaats maakte voor een bijtende hulpeloosheid? Ben ik klinisch dood omdat het me allemaal niks deed? Behoor ik officieel tot dat clubje van mensen dat, na lang en behoorlijk rationeel onderzoek, enkel nog vanuit het hoofdje kan leven?  Of  kan u mij gerust stellen en opmerken dat  “Chéri”  in al zijn ambitie clever te zijn, het publiek wat uit het oog verliest?  Tot u me het tegendeel bewijst, hou ik het voor alle veiligheid maar op het laatste. 

Geen heil in me nodeloos zorgen maken, en zo, u snapt het wel. 




Als u een ontspannend avondje uit wil of gewoon kickt op Michelle Pfeiffer die u in een donkere zaal “Chéri” toefluistert. No shame, beide redenen zijn perfect legitiem.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten